Reistijd is werktijd, maar dan ook recht op loon?
Een werknemer van Connexxion Tours werd enige tijd gedetacheerd bij Connexxion Openbaar Vervoer N.V., gevestigd in een andere dan zijn eigen woon- en standplaats. Hij verzocht om een reistijdvergoeding en baseerde zijn vordering op een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie (het Skills-arrest). De werknemer voerde aan dat uit dit arrest volgt dat zijn reistijd als arbeidstijd heeft te gelden, nu daarin is geoordeeld dat de tijd die een werknemer nodig heeft om zijn niet-vaste werkplek te bereiken vanuit huis of vanuit de standplaats of vestigingsplaats van zijn werkgever werktijd, en geen rusttijd is.
Hof Arnhem-Leeuwarden gaf hem wel deels gelijk maar rijker werd hij er niet van. In het Skills-arrest is weliswaar beslist over de uitleg van het begrijp reistijd als arbeidstijd (in de zin van Europese regelgeving), maar daarbij is niet bepaald dat reistijd dan ook moet worden betaald. In de Nederlandse wet is geen verplichting tot vergoeding van reistijd opgenomen, ook niet als die reistijd als arbeidstijd in de zin van artikel 1.7 onder k van de Arbeidstijdenwet heeft te gelden, en ook de toepasselijke cao kende een dergelijke bepaling niet.